Nieuwsbericht

Het pimpernelblauwtje is 25 jaar!

donderdag 23 juli 2015

In het natuurgebied de Moerputten, vlakbij Den Bosch, werd donderdag 23 juli de 25e verjaardag van
het pimpernelblauwtje gevierd. Wethouders van de gemeenten ’s-Hertogenbosch, Heusden en Vught
sneden de verjaardagstaart aan.

In 1970 was deze uiterst zeldzame vlindersoort verdwenen uit ons land. In 1990 werden zo’n 86 exemplaren van deze vlindersoort uitgezet in ons land. Nu, 25 jaar later, vliegen er in het natuurgebied ten zuidwesten van ’s-Hertogenbosch weer 1500 pimpernelblauwtjes rond.

Boegbeeld

Dit vlindertje is het boegbeeld van geslaagde natuurontwikkeling in de Moerputten, het enige gebied in Nederland waar deze vlinder voorkomt, en Vlijmens Ven, waar in de periode 2014 - 2018 het Europese natuurontwikkelingsproject “Blues in the Marshes” wordt uitgevoerd met het afgraven van voormalig landbouwgrond.

Geïntroduceerd

Het pimpernelblauwtje is niet op eigen kracht in de Moerputten terecht gekomen. Het Ministerie van LNV stelde in 1989 het ‘Beschermingsplan Dagvlinder’ op, waarin een experimenteel herintroductieprogramma is opgenomen. In dit kader is de herintroductie van het pimpernelblauwtje in 1990 in de Moerputten uitgevoerd. In dat jaar werden 86 pimpernelblauwtjes uit Polen in het gebied uitgezet. Een herintroductie mag succesvol genoemd worden als de soort zich 5 jaar (of langer) handhaaft. Een aangezien het pimpernelblauwtje dit jaar zijn 25-jarig jubileum viert, mag dat zeker een succes genoemd worden!

Kwetsbaar

Het pimpernelblauwtje is een zeldzaam en kwetsbaar dier dat eitjes legt op de grote pimpernel een bloemsoort die groeit in blauwgrasland. Zonder deze bloem kan de vlinder niet overleven; hij is essentieel als voedsel voor de rups. Maar dat is nog niet alles; ook mieren zijn belangrijk voor deze vlinder. Een rups eet de eerste dagen van zijn leven van de bloemknop van de grote pimpernel. Daarna wandelt hij naar de grond, in de hoop te worden gevonden door een mier. De rups, die precies dezelfde geur heeft als een mierenlarve, wordt door de mier aangezien als soortgenoot en meegenomen naar het nest. Eenmaal daar aangekomen wordt de rups goed verzorgd. Die mieren hebben niet door dat het geen mierenlarve is en verzorgen hem, terwijl hij ondertussen de echte mierenlarven opeet. Maanden later, op het moment dat de vlinder ontpopt, moet hij echter zorgen dat hij wegkomt, anders wordt hij zelf opgegeten.

25jaar BluesInTheMarshes NoordBrabant Pimpernelblauwtje