roomvlek Arctia villica

De rupsen van de roomvlek eten vóór de overwintering bij voorkeur paardenbloem en na de overwintering dovenetel.
Familie
spinneruilen (EREBIDAE)
Onderfamilie
Arctiinae / Arctia villica
Groep
Nachtvlinder die nachtactief is
Hoe moeilijk te herkennen
(goed tot redelijk goed te determineren)
Zeldzaamheid

Zeldzaam. Komt lokaal voor langs de westkust van de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden. RL: gevoelig.

Rode lijst
gevoelig

Verspreiding
Vliegtijd
Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 25-32 mm. De voorvleugel van deze beervlinder is zwart met een variabel patroon van roomkleurige vlekken; de achtervleugel is geel. Het brede zwart behaarde borststuk heeft roomkleurige schoudervlekken. De kleur van het achterlijf verloopt van geel tot helder rood aan het uiteinde.

Kenmerken rups

Tot 50 mm; lichaam zwart, bekleed met bruinachtige haarborstels, die op verheven wratten staan ingeplant; spiracula wit; poten purperachtig rood; kop roodachtig bruin.

Gelijkende soorten vlinder

De bonte beer (Callimorpha dominula) heeft heel soms een gele achtervleugel, maar mist altijd de crèmekleurige vlek bij de wortel van de voorvleugel.

bonte beer
Callimorpha dominula
EREBIDAE: Arctiinae

Gelijkende soorten rups

Mendicabeer (Diaphora mendica), sneeuwbeer (Spilosoma urticae), gele tijger (Spilosoma lutea), kleine beer (Phragmatobia fuliginosa), witte tijger (Spilosoma lubricipeda) en roodbandbeer (Diacrisia sannio).
N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).

roodbandbeer
Diacrisia sannio
EREBIDAE: Arctiinae

kleine beer
Phragmatobia fuliginosa
EREBIDAE: Arctiinae

witte tijger
Spilosoma lubricipeda
EREBIDAE: Arctiinae

gele tijger
Spilosoma lutea
EREBIDAE: Arctiinae

sneeuwbeer
Spilosoma urticae
EREBIDAE: Arctiinae

mendicabeer
Diaphora mendica
EREBIDAE: Arctiinae

Vliegtijd en gedrag

Mei-begin augustus in één generatie. Overdag kunnen de vlinders rustend op lage kruidenvegetatie of lopend op kale grond worden waargenomen. Ze zijn ´s nachts actief en komen op licht.

Levenscyclus

Rups: augustus-mei. De soort overwintert als rups; op milde winterdagen komt de rups tevoorschijn om te foerageren. In het voorjaar is de rups soms zonnend aan te treffen; in april verpopt hij zich in een losse cocon in de strooisellaag.

Waardplanten

Diverse kruidachtige planten, waaronder weegbree, zuring, brandnetel, dovenetel, vogelmuur, havikskruid, kruiskruid, ballote en paardenbloem. Opvallend is dat de rupsen vóór de overwintering vaak een sterke voorkeur hebben voor paardebloem en zich na de overwintering vooral richten op dovenetel.

Habitat

Duinen, schorren, kwelders en slikken.

Zeldzaamheid

Zeldzaam. Komt lokaal voor langs de westkust van de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden. RL: gevoelig.

België

Zeer zeldzaam in Vlaanderen. Een bekende vindplaats aan de kust. In Wallonië verspreid voorkomend in Namen en Luik; zeer zeldzaam in Luxemburg.

Mondiaal

Van Noord-Afrika en het Iberisch schiereiland via West- en Zuid-Europa naar het oosten via het gebied van de Zwarte Zee tot Rusland en zuidelijk daarvan tot Voor-Azië.

Trend op lange en korte termijn
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) wordt hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Verspreiding in Nederland in vier perioden
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
voor 1950
1950 - 1979
1980 - 1999
2000 - feb 2016
Engelse naam
Cream-spot Tiger
Duitse naam
Schwarzer Bär
Franse naam
l'Écaille fermière , l'Écaille villageoise
Oud Nederlandse naam
roomvlakvlinder, zwarte beervlinder
Synoniemen
Chelonia villica
Toelichting Nederlandse naam

De vlekken op de zwarte voorvleugels van deze soort zijn niet wit maar roomkleurig.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Arctia: arktos is een beer, naar de harige rupsen. Mouffet (1634) noemde een harige rups een 'bear-worm' en in het Duits is het een 'Bärenraupe'.
villica: villica is een huishoudster in een villa. Deze naam en die van A. caja zijn geheel overeenkomstig de gewoonte van Linnaeus om vrouwelijke namen te geven aan soorten met helder gekleurde achtervleugels.

Auteursnaam en jaartal
(Linnaeus, 1758)

Actualiteiten

Ontdek meer

Blijf op de hoogte

Ontvang vlindernieuws

Soorten uit dezelfde familie spinneruilen (EREBIDAE)

tijgerbeertje
Setina irrorella

muisbeertje
Pelosia muscerda

baardsnuituil
Pechipogo strigilata

grote beer
Arctia caja

blauw weeskind
Catocala fraxini

donkerbruine snuituil
Idia calvaria

alle soorten uit deze familie