Nieuwsbericht

Achteruitgang nachtvlinders sterker dan verwacht

woensdag 29 september 2010

Met behulp van vrijwilligers is de afgelopen jaren een grote nachtvlinderdatabase opgebouwd. Hierdoor weten we eindelijk hoe het gaat met de nachtvlinders in Nederland. Helaas is het beeld niet rooskleurig. De aantallen vlinders zijn in dertig jaar met een derde afgenomen en tweederde van de soorten gaat achteruit.

Nachtvlinders en hun rupsen zijn belangrijk voedsel voor heel veel andere dieren in Nederland. Deze achteruitgang heeft dan ook belangrijke consequenties voor bijvoorbeeld vogels en vleermuizen en voor de Nederlandse natuur als geheel.

Achtergrond
Nederland telt ruim 2100 soorten vlinders. Dagvlinders maken met 54 inheemse soorten daarvan maar een klein deel uit, al zijn ze door hun grootte, uiterlijk en activiteit wel de opvallendste groep. Dat het met de meeste dagvlinders niet goed gaat, is uitvoerig gedocumenteerd. Over het lot van de overige soorten, de nachtvlinders, ontbraken tot dusver harde cijfers. Die zijn er nu wel voor de 766 soorten grote nachtvlinders. Vooral dankzij de hulp van veel waarnemers die hun gegevens ter beschikking hebben gesteld kon een grote database worden opgebouwd, waarmee medewerkers van de Werkgroep Vlinderfaunistiek en van De Vlinderstichting de noodzakelijke berekeningen konden uitvoeren.

Achteruitgang
Het blijkt dat tweederde van alle soorten in de periode vanaf 1980 achteruit is gegaan. Als er een Rode Lijst van nachtvlinders zou worden opgesteld, zou maar liefst de helft van alle soorten daarop terecht komen. Ook als er niet naar individuele soorten wordt gekeken, maar naar de fauna van grote nachtvlinders als geheel, blijkt een dramatische verslechtering. Het totaal aantal exemplaren dat een getrainde waarnemer telt is sinds 1980 met een derde afgenomen. De oorzaken van deze achteruitgang zijn onder andere verlies aan oppervlak en kwaliteit van leefgebieden en de verbindingsmogelijkheden daartussen. Voor de ’s nachts actieve nachtvlinders komt daar een immense lichtvervuiling bij. De aanwezigheid van lichtbronnen op de meest afgelegen plaatsen verstoort het gedrag van de volwassen vlinders in sterke mate.

Consequenties
De achteruitgang is niet alleen voor de vlinderfauna een dramatische ontwikkeling. Voor veel dieren - denk aan vogels en vleermuizen - zijn vlinders en hun rupsen het belangrijkste voedsel, zeker in de voortplantingstijd. De verminderde graasdruk van rupsen op de vegetatie heeft zeker een belangrijk effect op het plantendek van onze natuurgebieden, al is dat moeilijk te analyseren. Los van deze consequenties blijkt dat ook de weersomstandigheden in de loop van een jaar van grote invloed zijn. Dit betekent dat ook de klimaatverandering ingrijpende gevolgen heeft voor onze vlinderfauna, al is nog niet te zeggen of dit ten goede of ten kwade is.