Nieuwsbericht

Slecht jaar veenbesblauwtje

donderdag 8 november 2012

Het veenbesblauwtje is een uiterst zeldzame dagvlinder. Hij komt alleen nog voor in een gebied in Drenthe en in een veentje in Groningen. Dit jaar waren er erg weinig vlinders aanwezig op deze laatste vliegplaatsen.

Het veenbesblauwtje is een echte hoogveenspecialist, waarvan de rupsen leven op kleine veenbes en lavendelheide. Het zijn dan ook bijzondere plekjes waar de soort nog voorkomt: hoogveenrestanten met veenmospakketten waar dopheide, struikhei en kraaiheide bulten vormen. Juist in de overgang van die bulten naar het open veenmos staan de waardplanten van de vlinder, kleine veenbes en lavendelheide. 

De afgelopen tientallen jaren zijn veel van deze veentjes verdroogd en het veenbesblauwtje is uit veel van die veentjes verdwenen. Alleen bij Dwingeloo in Drenthe en bij Sellingen, in Zuidoost Groningen, is de vlinder nog aanwezig. Veenbesblauwtjes vliegen maar in een korte periode, van half juni tot half juli. Voor de rest van de tijd zijn de rupsen aanwezig, schuilend in het veenmos en etend van de waardplant. Het is niet eenvoudig om het veenbesblauwtje te zien te krijgen. De veentjes zijn vaak niet toegankelijk en dat is maar goed ook, want het is een zeer kwetsbaar leefgebied. De jaarlijkse tellingen in 2012 geven een somber beeld te zien. Sinds lange tijd zijn er niet zo weinig vlinders gezien. Dat zal voor een deel te maken hebben met de weinig goede weersomstandigheden, maar dat alleen verklaart niet het lage aantal van dit jaar.

Het veenbesblauwtje is een van de doelsoorten in de campagne ‘Tien voor 12’. De Vlinderstichting wil met deze campagne bereiken dat er over tien jaar weer meer dan tien vliegplaatsen van het veenbesblauwtje, en de andere elf doelsoorten, zijn.  In januari is een veentje in de buurt van de vliegplaats bij Sellingen aangepakt door de beheerder, Staatsbosbeheer, ondersteund door tientallen vrijwilligers uit het hele land. Er zijn stukjes afgeplagd, en zijn boompjes gekapt en opslag is verwijderd om te zorgen dat de open veensituatie weer optimaal kan ontwikkelen. De waardplant van de vlinder, veenbes, is aanwezig en door de maatregelen zal deze plant alleen maar toenemen. Over een paar jaar zal ook dit veentje geschikt leefgebied vormen voor de vlinder. Of veenbesblauwtje uit zichzelf de afstand van net een kilometer zullen overbruggen is de vraag. Het zijn weinig mobile vlinders die ongeschikt landschap, en dat is bijna alles buiten het veentje, mijden.

Bezoek de website Tien voor 12 voor meer informatie over de campagne en voor het steunen van de ernstig bedreigde vlinders.

TienVoor12 Veenbesblauwtje vrijwilligers