In de uitsluiptijd van de rivierrombout gaan we met zoveel mogelijk waarnemers op zoek naar huidjes van deze soort. Dat kan door zandstrandjes van de grote rivieren af te zoeken. Help je mee? Je hebt hiervoor een account nodig bij het meetnet van De Vlinderstichting.
De rivierrombout is een vrij zeldzame libel, kenmerkend voor het rivierengebied. De soort is Europees beschermd. Omdat de rivierrombout een verborgen bestaan leeft, weten we nog weinig van de soort. Langs de grote rivieren, waar de jonge libellen zich ophouden, komen relatief weinig waarnemers omdat er weinig andere soorten voorkomen. Oudere individuen zwerven van de rivier weg om overal en nergens voedsel te zoeken; zij worden ook weinig aangetroffen. Hoe het met de rivierrombout gaat, is daarom niet goed bekend. Door met zoveel mogelijk waarnemers in de uitsluiptijd van de rivierrombout naar de soort te zoeken, kunnen we gezamenlijk het verspreidingsbeeld actualiseren.
De Riviersluiptelling vindt jaarlijks plaats tussen half juni en half juli.
Omdat de volwassen libellen moeilijk op te sporen zijn, kan de rivierrombout het beste gevonden worden door te zoeken naar huidjes. Het uitsluipen gebeurt overal langs de oever van de rivier, dus de huidjes kunnen zich bijvoorbeeld bevinden in de vegetatie of op basaltblokken. Maar het gemakkelijkst worden de huidjes gevonden op de zandstrandjes tussen de kribben van de rivier. Wil je een poging wagen? Loop zo’n zandstrandje dan langzaam en zigzaggend af, tussen ongeveer één meter van het water tot twee meter achter de vloedlijn. Zoek goed naar in het kale zand liggende huidjes. De huidjes zijn licht en waaien gemakkelijk weg. Kijk daarom extra goed in hoekjes waar weggewaaid strooisel terecht komt. Hier kunnen meerdere huidjes bij elkaar liggen.
De huidjes van de rivierrombout zijn ongeveer drie centimeter lang en zandkleurig. Ze hebben dus een goede schutkleur. Maar weet je eenmaal hoe je moet kijken, dan zijn ze best vindbaar. Kenmerkend voor het huidje van deze soort is het vrij lange, slanke achterlijf zonder knobbels of doornen. Verwarring met andere soorten treedt bijna niet op, omdat de rivierrombout de enige soort is die voorkomt in de grote rivieren. Alleen langs de Roer kan verwarring optreden met andere romboutsoorten.
Uitgebreidere aanwijzingen vind je in de handleiding van de Riviersluiptelling.
Heb je een kwartier gezocht, maar niets gevonden? Voer ook die telling in! Juist zo’n nulwaarneming is erg waardevol voor het kunnen berekenen van trends. Laat je dus niet ontmoedigen, maar bedenk dat het voor het onderzoek niet uitmaakt welk aantal huidjes je hebt aangetroffen. Nul huidjes zijn evenveel waard als tien, als de kwartiertelling maar ingevoerd wordt.
Voor het doorgeven van waarnemingen heb je een account nodig in het meetnet van De Vlinderstichting en moet je account gekoppeld zijn aan de Riviersluiptelling. Is dit nog niet het geval, gebruik dan eerst de knop bovenaan de pagina om je op te geven.