dunvlerkspanner Lycia hirtaria

De vleugels van het vrouwtje van de dunvlerkspanner zijn zeer dun geschubd; die van het mannetje zijn zwaar geschubd.
Familie
spanners (GEOMETRIDAE)
Onderfamilie
Ennominae / Lycia hirtaria
Groep
Nachtvlinder die nachtactief is
Hoe moeilijk te herkennen
(goed op gelijkende soorten letten)
Zeldzaamheid

Vrij algemeen. Komt lokaal voor op de zandgronden en in de duinen; ook op Terschelling komt deze soort voor. Elders schaars of ontbrekend. RL: bedreigd.

Rode lijst
bedreigd

Verspreiding
Vliegtijd
Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 19-23 mm. Een karakteristieke, behaarde spanner. De vleugeltekening is variabel, maar alle varianten hebben zwarte dwarslijnen en/of -banden; vooral aan de voorrand van de voorvleugel is dit opvallend. Veel exemplaren zijn enigszins goudgeel getekend, andere zijn overwegend grijs. De vleugels van het vrouwtje zijn zeer dun geschubd en de voorvleugel heeft een licht gebogen voorrand. De vleugels van het mannetje zijn zwaar geschubd.

Kenmerken rups

Tot 55 mm; lichaam roodachtig bruin, purperachtig grijs of groenachtig grijs, met fijne, zwarte streepjes en vlekjes en gele spikkeltjes; het eerste segment met een intensief gele band achter de kop; kop licht roodachtig bruin en zwart gespikkeld.

Gelijkende soorten vlinder

Zie de voorjaarsspanner (Apocheima hispidaria) en de perentak (Phigalia pilosaria).

voorjaarsspanner
Apocheima hispidaria
GEOMETRIDAE: Ennominae

perentak
Phigalia pilosaria
GEOMETRIDAE: Ennominae

Vliegtijd en gedrag

Half maart-half juni in één generatie. De vlinders worden soms overdag op boomstammen en hekken gevonden. De mannetjes komen laat in de nacht goed op licht.

Levenscyclus

Rups: mei-juni. De soort overwintert als pop in de grond.

Waardplanten

Vele soorten loofbomen, waaronder berk en iep. Ook eik, wilg, brem en linde worden genoemd.

Habitat

Loofbossen, struwelen, parken en tuinen; ook in stedelijke omgeving.

Zeldzaamheid

Vrij algemeen. Komt lokaal voor op de zandgronden en in de duinen; ook op Terschelling komt deze soort voor. Elders schaars of ontbrekend. RL: bedreigd.

België

Vrij algemeen in het hele land. Zeldzamer in de westelijke helft van Vlaanderen.

Mondiaal

Van het Iberisch Schiereiland via West- en Midden-Europa, via Siberië en het Amoer-Oessoeri-gebied (ssp.siberica Diakonov, 1926) tot Sachalin en Japan (ssp. parellelaria Inoue, 1958). De nominaatvorm in het zuiden het Middellandse Zeegebied, de Balkanlanden, Klein-Azië en de Kaukasus tot Kazachstan, in het noorden het grootste deel van Scandinavië.

Trend op lange en korte termijn
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) wordt hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Verspreiding in Nederland in vier perioden
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
voor 1950
1950 - 1979
1980 - 1999
2000 - feb 2016
Engelse naam
Brindled Beauty
Duitse naam
Schwarzfühler-Dickleibspanner
Franse naam
la Phalène hérisée
Synoniemen
Biston hirtaria, Nyssia hirtaria, Amphidasis hirtaria, Biston hirtarius
Toelichting Nederlandse naam

Dunvlerkspanner is een al lang bestaande naam die al gebruikt wordt door Ter Haar in 'Onze vlinders' (begin vorige eeuw).
De achtergrond van dunvlerk is niet duidelijk.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Lycia: lycia komt waarschijnlijk van lukeios is behorend bij de wolf, borstelig als een wolf, vanwege het harige abdomen. Mogelijk van Lycia, een streek in Klein Azië. De eerste mogelijkheid ligt meer in de stijl van naamgeving van Hübner.
hirtaria: hirtus is borstelig, onverzorgd, naar de harige thorax en abdomen

Auteursnaam en jaartal
(Clerck, 1759)

Actualiteiten

Ontdek meer

Blijf op de hoogte

Ontvang vlindernieuws

Soorten uit dezelfde familie spanners (GEOMETRIDAE)

getande spanner
Odontopera bidentata

malvabandspanner
Larentia clavaria

lariksspanner
Macaria signaria

berkenoogspanner
Cyclophora albipunctata

walstrospanner
Costaconvexa polygrammata

speerpuntspanner
Rheumaptera hastata

alle soorten uit deze familie