Algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.
Voorvleugellengte: 14-18 mm. De voorrand van de voorvleugel heeft, net als bij de andere Hydriomena-soorten, vlak bij de vleugelwortel een karakteristieke bocht, de zogenoemde 'schouder'; vooral in rust is dit goed te zien. De voorvleugel heeft meestal een groene grondkleur, maar zowel de kleur als de tekening kunnen sterk variëren. Een belangrijk onderscheidend kenmerk voor deze buitengewoon variabele spanner is het enkelvoudige schuine zwarte vleugelstreepje in de uiterste vleugelpunt. De achtervleugel is meestal dof grijs met hooguit een vage centrale dwarslijn.
Tot 20 mm; lichaam donker roodachtig bruin tot donker purperachtig bruin met boven de spiracula twee brede, onregelmatige, witte lengtestrepen en onmiddellijk daaronder een rechte witte lengtestreep; onderzijde groenachtig met roze zweem; kop bruin.
De groenbandspanner (H. impluviata) vliegt vroeger in het jaar; in plaats van één streepje in de uiterste vleugelpunt zijn bij deze soort meestal twee of drie schuin achter elkaar liggende zwarte streepjes aanwezig in en bij de vleugelpunt.
groenbandspanner
Hydriomena impluviata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
Mei-augustus in één generatie, soms een partiële tweede generatie in september. De vlinders zijn overdag gemakkelijk op te jagen uit schaduwrijke wilgenstruwelen en bossen. Ze komen goed op licht.
Rups: april-juli. De rups foerageert ´s nachts, verbergt zich overdag tussen samengesponnen bladeren en verpopt zich op of in de grond. De soort overwintert als ei op de waardplant.
Bosbes, struikhei, hazelaar, wilg en andere loofbomen.
Vooral bossen, heiden, struwelen en andere struikachtige plaatsen; soms ook moerassen, parken en tuinen.
Algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.
Vrij algemeen in het hele land.
Van het Iberisch Schiereiland, West- en Midden-Europa inclusief de Britse eilanden oostwaarts tot Oost-Azië; in het noorden tot Noord-Scandinavië en in het zuiden: Italië, de Balkan en de Kaukasus. Ook meldingen uit Kirgisië en van IJsland. Ook in Noord-Amerika.
Deze spanner is zeer variabel; de veldgids toont maar liefst negen varianten.
Hydriomena: hudria is een watervoorraad en meno is heeft te maken met. Hier zou een verklaring kunnen volgen zoals wordt weergegeven bij H. impluviata (zie daar)
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting
grijze dwergspanner
Eupithecia subfuscata
getekende rozenspanner
Anticlea derivata
dunvlerkspanner
Lycia hirtaria
zwartvlekspikkelspanner
Menophra abruptaria
zomerbremspanner
Chesias rufata
gevlekte zomervlinder
Comibaena bajularia