lindepijlstaart Mimas tiliae

De vorm, tekening en kleur van de voorvleugels onderscheiden de lindepijlstaart van alle andere Nederlandse en Belgische pijlstraarten.
Familie
pijlstaarten (SPHINGIDAE)
Onderfamilie
Smerinthinae / Mimas tiliae
Groep
Nachtvlinder die nachtactief is
Hoe moeilijk te herkennen
(goed tot redelijk goed te determineren)
Zeldzaamheid

Algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.

Rode lijst
niet bedreigd

Verspreiding
Vliegtijd
Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 23-39 mm. Kleur, vleugelvorm en vleugeltekening onderscheiden deze soort van vrijwel alle andere Nederlandse pijlstaarten. Het mannetje maakt doorgaans een groene indruk, het vrouwtje is meer oranjeroze getint; kleur en tekening kunnen echter variëren. De twee grote donkere olijfgroene of bruine vlekken midden op de voorvleugel zijn soms zo groot dat ze een band vormen; soms zijn ze sterk gereduceerd tot slechts één kleine vlek.

Kenmerken rups

Tot 60 mm; lichaam groen, fijn geelachtig wit gespikkeld, met op de flanken zeven gele schuine strepen; spiracula wit met rode rand; hoorn op het elfde segment geel en purperachtig rood met blauw uiteinde; het dertiende segment draagt een duidelijk ruw gekorreld, geel schildje met purperachtig bruine tekening; kop driehoekig, groen met witte strepen. Tegen de tijd van verpopping verkleurt de rups naar purperachtig bruin.

Gelijkende soorten vlinder

De teunisbloempijlstaart (Proserpinus proserpina) is kleiner, meer gedrongen en de achtervleugel is feller gekleurd. De middenband is bij deze soort minder grillig van vorm.

teunisbloempijlstaart
Proserpinus proserpina
SPHINGIDAE: Smerinthinae

Gelijkende soorten rups

Populierenpijlstaart (Laothoe populi), pauwoogpijlstaart (Smerinthus ocellata) en glasvleugelpijlstaart (Hemaris fuciformis).
N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).

pauwoogpijlstaart
Smerinthus ocellata
SPHINGIDAE: Smerinthinae

populierenpijlstaart
Laothoe populi
SPHINGIDAE: Smerinthinae

glasvleugelpijlstaart
Hemaris fuciformis
SPHINGIDAE: Smerinthinae

Vliegtijd en gedrag

Half april-eind juli in één generatie. De vlinders zijn overdag soms op boomstammen, op muren of in de kruin van linden te vinden. Ze komen op licht, meestal vroeg in de nacht.

Levenscyclus

Rups: juli-september. De rupsen worden soms waargenomen wanneer ze omlaag kruipen langs de stam van de waardplant, zoals bijvoorbeeld van stadslinden; soms worden op het trottoir daaronder platgetrapte exemplaren aangetroffen. De soort overwintert als pop in de grond, meestal in de buurt van de waardplant. Een enkele maal zijn poppen gevonden tussen opgehoopt bladmateriaal in de splitsing van takken en in nestkastjes.

Waardplanten

Vooral linde; ook berk, iep, els en zoete kers.

Habitat

Komt vooral in loofbossen, parken en tuinen voor; ook in stedelijke omgeving.

Zeldzaamheid

Algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.

België

Algemeen in het hele land, maar waargenomen in lage aantallen.

Mondiaal

Europa met uitzondering van enige zuidelijke gebieden (zuidhelft van het Iberisch schiereiland, delen van Zuid-Italië, Zuid-Griekenland en de meeste eilanden van de Middellandse Zee; wel op Sicilië). Naar het noorden tot Midden-Engeland en Zuid-Scandinavië. Naar het oosten tot Siberië. Naar het zuiden tot de Kaukasus en de kusten van de Zwarte Zee.

Trend op lange en korte termijn
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) wordt hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Verspreiding in Nederland in vier perioden
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
voor 1950
1950 - 1979
1980 - 1999
2000 - feb 2016
Engelse naam
Lime Hawk-moth
Duitse naam
Lindenschwärmer
Franse naam
le Sphinx du tilleul
Synoniemen
Dilina tiliae, Smerinthus tiliae
Toelichting Nederlandse naam

Lindepijlstaart is een oude naam die ook al door Ter Haar in 'Onze Vlinders' wordt gebruikt.
Pijlstaart verwijst naar het staartje of 'pijl' op het laatste segment van de rups.
De linde is een belangrijke waardplant voor deze pijlstaart.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Mimas: Mimas is een van de reuzen die een oorlog begonnen met de goden. Hij werd overwonnen door Hephaestus die hem onder de Vesuvius begroef.
tiliae: Tilia is het plantengeslacht linde, de voornaamste voedselplant van de rups.

Auteursnaam en jaartal
(Linnaeus, 1758)
Ondersoorten

Dilina tiliae (Linnaeus, 1758); Smerinthus tiliae (Linnaeus, 1758)

Soorten uit dezelfde familie pijlstaarten (SPHINGIDAE)

dennenpijlstaart
Sphinx pinastri

klein avondrood
Deilephila porcellus

wingerdpijlstaart
Hippotion celerio

windepijlstaart
Agrius convolvuli

lindepijlstaart
Mimas tiliae

glasvleugelpijlstaart
Hemaris fuciformis

alle soorten uit deze familie