bruine sikkeluil Laspeyria flexula

Familie

spinneruilen (EREBIDAE)

Zeldzaamheid

Vrij algemeen. Was rond 2010 nog zeldzaam, maar breidt zich sinds 2013 snel uit en kan nu in grote delen van het land gevonden worden. RL: bedreigd.

Rode lijst

bedreigd

Meer foto's

Terug naar boven ^

Levenswijze

Vliegtijd en gedrag

Begin juni-half augustus en regelmatig een tweede vliegpiek in september. De vlinders vliegen vanaf de schemering; ze komen op smeer en in mindere mate op licht. Overdag rusten de vlinders op een boomstam of op naalden op de grond; ze zijn gemakkelijk te verstoren.

Levenscyclus

Rups: juli-mei. De rups is vooral ´s nachts actief. De soort overwintert als jonge rups en verpopt zich in een stevige cocon op een tak van de waardplant.

Verspreiding

Vliegtijd

Benaming

Engelse naam

Beautiful Hook-tip

Duitse naam

Sicheleule

Franse naam

le Crochet

Oud Nederlandse naam

korstmossenuil

Synoniemen

Aventia flexula, Adventia flexularia, Aventia flexularia

Meer

Toelichting Nederlandse naam

De gegolfde achterrand van de voorvleugel eindigt in een sikkelvorm en de grondkleur van de vleugels is bruin.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Laspeyria: laspeyria is een eerbetoon aan J.H. Laspeyres (1769 - 1809), een beroemde Duitse entomoloog die juist was gestorven. Laspeyres is ook burgemeester van Berlijn geweest.
flexula: flexulus is een verkleining van flexus is gebogen, naar de gebogen vormen van de vleugelachterrand.

Auteursnaam en jaartal

(Denis & Schiffermüller, 1775)

Herkenning

Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 13-15 mm. Deze spinneruil heeft een tamelijk slank gebouwd lichaam. De warme grijsachtig bruine, vaak lila getinte voorvleugel heeft langs de achterrand bij de vleugelpunt een grote roestbruin gekleurde vlek. De achterrand van de voorvleugel heeft een karakteristieke dubbele uitholling met halverwege een stompe punt en de vleugelpunt is scherp. Kenmerkend zijn de twee fijne donkergerande geelachtig bruine dwarslijnen, die grofweg recht over de voorvleugel lopen en bij de voorrand een scherpe hoek maken. Tussen deze centrale dwarslijnen liggen twee zwarte vlekjes. Ook over de achtervleugel loopt een donkergerande lichte dwarslijn.

Kenmerken rups

Tot 24 mm; lichaam achter de kop en naar de staart enigszins gezwollen; de eerste vier buikpootparen zeer klein; lichaam blauwachtig groen met onregelmatige zwarte en groenachtig witte tekening; op de rug van segment elf een paar verheven wratten; kop groenachtig wit met zwarte tekening.

Gelijkende soorten vlinder

De bleke eenstaart (Falcaria lacertinaria) heeft een andere rusthouding en een onregelmatiger gekartelde achterrand; op de voorvleugel bevindt zich slechts één middenstip, de dwarslijnen zijn donkerder dan de grondkleur en de achtervleugel is lichter en heeft geen dwarslijn. Zie ook de booglijnuil (Colobochyla salicalis).

Gelijkende soorten rups

Blauw weeskind (Catocala fraxini), rood weeskind (Catocala nupta) en karmozijnrood weeskind (Catocala sponsa).
N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).

Gelijkende soorten vlinder

Gelijkende soorten rups

Verspreiding in Nederland in vier perioden

Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.

Habitat

Bossen, struwelen, parken en oude boomgaarden.

Planten

Korstmossen op loofbomen en naaldbomen; uit kweekexperimenten blijkt dat de rupsen ook algen eten.

Waardplant

Gewoon korstmos
Hypogymnia

Actualiteiten

Ontdek meer

Tijdschriften

Soorten uit dezelfde familie spinneruilen (EREBIDAE)

Alle soorten uit deze familie