cryptisch boswitje Leptidea juvernica

Familie

witjes (PIERIDAE)

Zeldzaamheid

Het crypisch boswitje is pas onlangs als soort herkend en geldt als een verdwenen onregelmatige standvlinder die vooral in Zuid-Limburg is gevonden.

Rode lijst

Meer foto's

Terug naar boven ^

Levenswijze

Vliegtijd en gedrag

Waarschijnlijk eind april-begin juni en eind juni-half augustus in twee generaties. De vlinders hebben een dwarrelende manier van vliegen.

Levenscyclus

Rups: waarshijnlijk half mei-half juli en begin augustus-half september. De soort overwintert als pop.

Benaming

Engelse naam

Cryptic Wood White

Synoniemen

Leptidea reali, verborgen boswitje

Meer

Toelichting Nederlandse naam

Na de opsplitsing van het boswitje (L sinapis) in boswitje (L sinapis) en het verborgen boswitje (L reali) lijkt het nu dat deze laatste alleen in Spanje en Zuid Frankrijk voorkomt. In de rest van Europa moet de voormalige L reali namelijk L juvernica heten. Deze heeft toen de Nederlandse naam cryptisch boswitje gekregen.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Leptidea: leptos is dun, kwetsbaar en eidos is vorm, voorkomen. Dit slaat op het slanke lijf en het kwetsbare uiterlijk van de soorten binnen dit genus.

Auteursnaam en jaartal

Reissinger, 1990

Herkenning

Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: circa 20 mm. Het crypisch boswitje, dat uiterlijk vrijwel identiek is aan het boswitje, is een fragiele vlinder met smalle, ovale vleugels; de vleugels zijn aan de uiteinden sterk afgerond. Bij het mannetje is de vlek in de voorvleugelpunt donkergrijs tot zwart, bij de vrouwtjes lichtgrijs tot wit.

Gelijkende soorten vlinder

Op grond van uiterlijke kenmerken vrijwel niet te onderscheiden van het boswitje. Alleen als bij het mannetje van de eerste generatie de donkere vlek in de vleugelpunt aan de binnenzijde bol loopt, is met zekerheid sprake van een cryptisch boswitje.

Gelijkende soorten vlinder

Verspreiding in Nederland in vier perioden

Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.

voor 1950
1950 - 1979
1980 - 1999
2000 - 2015

Habitat

Zonnige, warme graslanden en ruigten in de buurt van vochtige, half beschaduwde plaatsen in bossen en struwelen.

In Nederland hebben beide soorten in Zuid-Limburg (bijvoorbeeld bij Valkenburg in 1913 en bij Houthem in 1919) op dezelfde plaatsen gevlogen. In Oostenrijk is het leefgebied van beide soorten onderzocht. Het bleek dat het cryptisch boswitje meer in vochtige biotopen voorkwam, zoals venen en vochtige bossen. Het boswitje kwam op gemiddeld drogere plaatsen voor zoals droge bossen en kalkgraslanden. Maar ook in Oostenrijk komen beide soorten soms in hetzelfde gebied voor. In de Drôme bleek van 347 vliegplaatsen waar ten minste één van beide soort vloog, op 23% van de plekken beide soorten voor te komen, op 55% alleen het boswitje en op 22% alleen het crypisch/verborgen boswitje. Daar ontbrak het crypisch/verborgen boswitje in de droogste gebieden.

Planten

Waardplanten zijn diverse soorten vlinderbloemigen, waaronder veldlathyrus en gewone rolklaver.

Waardplant

Lathyrus
Lathyrus

Rolklaver
Lotus

Actualiteiten

Ontdek meer

Blijf op de hoogte

Ontvang vlindernieuws

Soorten uit dezelfde familie witjes (PIERIDAE)

Alle soorten uit deze familie