grote drietand Acronicta cuspis

Familie
uilen (NOCTUIDAE)
Onderfamilie
Acronictinae / Acronicta cuspis
Groep
Nachtvlinder die nachtactief is
Hoe moeilijk te herkennen
(moeilijk tot zeer moeilijk te determineren)
Zeldzaamheid

Zeer zeldzaam. Van deze soort zijn verspreid over het land slechts enkele waarnemingen bekend.

Rode lijst
verdwenen

Verspreiding
Vliegtijd
Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 18-21 mm. Deze uil lijkt sterk op de psi-uil (A. psi) en de drietand (A. tridens), maar is iets groter. De zwarte tekening is vrij grof. Bij verse exemplaren is aan de bovenzijde van het borststuk een zwarte lengtestreep zichtbaar.

Gelijkende soorten vlinder

De drietand (A. tridens) en de psi-uil (A. psi) zijn iets kleiner en hebben geen duidelijke zwarte streep op het borststuk; voor een zekere determinatie is genitaliënonderzoek vaak nodig.

drietand
Acronicta tridens
NOCTUIDAE: Acronictinae

psi-uil
Acronicta psi
NOCTUIDAE: Acronictinae

Vliegtijd en gedrag

Begin mei-half augustus in twee generaties. De vlinders komen op licht en op smeer.

Levenscyclus

Rups: augustus-oktober. De soort overwintert als pop.

Waardplanten

Zwarte els.

Habitat

Vooral vochtige bossen.

Zeldzaamheid

Zeer zeldzaam. Van deze soort zijn verspreid over het land slechts enkele waarnemingen bekend.

België

Zeer zeldzaam. In Vlaanderen recent slechts van één vindplaats in Noord-Limburg gekend. In Wallonië beperkt tot Luxemburg en Namen.

Mondiaal

Europa van Noord-Spanje, Noord-Portugal, Noord-Italië en Bulgarije in het zuiden tot de Noordzeekust, Denemarken, Midden-Zweden en Zuid-Finland (één oude vangst in Zuid-Noorwegen) in het noorden. Opgaven uit Marokko (Rungs, 1979), Sicilië, Sardinië (Mariani, 1941) en Griekenland (Thurner, 1967) dienen nader te worden gecontroleerd. In Azië van Klein-Azië tot het Amoer-Oessoeri-gebied, Noord-China, de Koerilen, Korea en Japan (ook hier is nog veel bevestiging nodig).

Trend op lange en korte termijn
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) wordt hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Verspreiding in Nederland in vier perioden
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
voor 1950
1950 - 1979
1980 - 1999
2000 - feb 2016
Duitse naam
Erlen-Pfeileule
Franse naam
la Cuspide
Synoniemen
Acronycta cuspis, Apatele cuspis
Toelichting Nederlandse naam

Deze Acronicta cuspis is een iets grotere uitvoering van Acronicta tridens, drietand.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Acronicta: akronux is het vallen van de avond. Waarschijnlijk heeft deze naam dezelfde strekking als Noctua, in de nacht. Dit genus heeft immers geen enkele binding met de avondschemering.
cuspis: cuspis is een punt, een speer, naar de duidelijke dolkfiguurtjes op de voorvleugels.

Auteursnaam en jaartal
(Hübner, 1813)

Actualiteiten

Ontdek meer

Blijf op de hoogte

Ontvang vlindernieuws

Soorten uit dezelfde familie uilen (NOCTUIDAE)

helmgrasuil
Mythimna litoralis

nunvlinder
Orthosia gothica

goudhaaruil
Acronicta auricoma

gewone worteluil
Agrotis exclamationis

perzikkruiduil
Melanchra persicariae

Expres niet primair want afwijkende kleur

moerasheide-aarduil
Protolampra sobrina

alle soorten uit deze familie