nullenuil Dicycla oo

Familie
uilen (NOCTUIDAE)
Onderfamilie
Hadeninae / Dicycla oo
Groep
Nachtvlinder die nachtactief is
Hoe moeilijk te herkennen
(goed op gelijkende soorten letten)
Zeldzaamheid

Van deze soort zijn geen recente waarnemingen bekend. De laatste waarneming dateert uit 1858 in Gelderland.

Rode lijst
verdwenen

Verspreiding
Vliegtijd
Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 15-17 mm. Op de lichte, goudgeel gekleurde voorvleugel bevindt zich een netwerk van roodachtig bruine aders en dwarslijnen dat duidelijk afsteekt tegen de lichte ondergrond. Hetzelfde geldt voor de roodachtig bruin omlijnde, lichte uilvlekken, waarvan de niervlek ongeveer de vorm heeft van een hart. De vleugel is meestal fijn bestoven. Vooral in het wortelveld en in het zoomveld vormt deze bestuiving soms een donkere schaduwband; de uitgebreidheid hiervan kan aanzienlijk variëren.

Vliegtijd en gedrag

Eind juni-eind juli in één generatie. De vlinders komen zowel op licht als op smeer.

Levenscyclus

Rups: april-juni. De rups leeft tussen samengesponnen bladeren. De verpopping vindt plaats in een losse cocon in de grond of tussen samengesponnen bladeren. De soort overwintert als ei.

Waardplanten

Eik.

Habitat

Bossen, struwelen en parken, vaak met een ondergroei van kruidachtige planten die bij voorkeur op een beschutte plaats groeien; ook akkerranden.

Zeldzaamheid

Van deze soort zijn geen recente waarnemingen bekend. De laatste waarneming dateert uit 1858 in Gelderland.

België

Zeer zeldzaam. Komt lokaal voor in de kalkstreek in Henegouwen, Namen en Luxemburg.

Mondiaal

In Europa lokaal voorkomend van de Middellandse Zee tot Zuidoost-Engeland, Denemarken, Zuid-Zweden en Estland. Naar het zuiden talrijker, noordelijk van het Middelgebergte (niet overal standvlinder). Klein- en Voor-Azië tot Iran.

Trend op lange en korte termijn
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) wordt hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Verspreiding in Nederland in vier perioden
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
voor 1950
1950 - 1979
1980 - 1999
2000 - feb 2016
Engelse naam
Heart Moth
Duitse naam
Eichen-Nulleneule
Franse naam
le Double zéro
Synoniemen
Cleoceris oo
Toelichting Nederlandse naam

Voor een goede uitleg zie 'toelichting wetenschappelijke naam'. In de Nederlandse naam worden de rondjes als cijfers (nullen) gezien en niet als letters (oo's). Meer over Nederlandse namen

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Dicycla: di- is twee en kuklos is een ring; de Griekse benadering van de naam van deze soort.
oo: oo slaat uiteraard op de ronde vorm van zowel de ronde als de niervlek. Linnaeus: 'alis ... oo notatis', met op de vleugels 'oo'.

Auteursnaam en jaartal
(Linnaeus, 1758)

Actualiteiten

Ontdek meer

Blijf op de hoogte

Ontvang vlindernieuws

Soorten uit dezelfde familie uilen (NOCTUIDAE)

koperuil
Diachrysia chrysitis

smalvleugelrietboorder
Chilodes maritima

bruine groenuil
Anaplectoides prasina

variabele silene-uil
Hadena perplexa

steenrode grasuil
Apamea lateritia

gewone gouduil
Xanthia icteritia

alle soorten uit deze familie