Er is slechts één waarneming uit 1878 in Limburg bekend.
Voorvleugellengte: 16-19mm. De voorvleugel heeft een grijsachtig okergele grondkleur met een roestbruine spikkeling en donkere franje. Over de vleugel loopt een schuine witte veeg van de vleugelpunt naar de binnenrand. Deze veeg is aan de buitenzijde afgezet met een dunne donkerbruine en een brede roestbruine lijn. De achterrand van de voorvleugel is soms ook wit. De achtervleugel is witachtig met een donker zoomveld, van elkaar afgegrensd door een donkerbruine lijn. Zowel op de voor- als de achtervleugel bevindt zich een donkere middenstip.
Ter Haar: Rups violetgrijs, op de eerste ringen een fijne, zwarte ruglijn en een dergelijke zijlijn.
In het buitenland: juni-juli in één generatie.
In het buitenland: onder andere dotterbloem en wederik.
Er is slechts één waarneming uit 1878 in Limburg bekend.
Deze soort komt niet in België voor.
Verbreid over Midden-Europa, het Oeralgebergte, Noord-Azië, China en Japan.
oostelijke spanner
Chariaspilates: zie wat betreft Charaspilates bij A. gilvaria.
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting
oranje bruinbandspanner
Cidaria fulvata
oranje bremspanner
Isturgia limbaria
vierbandspanner
Xanthorhoe ferrugata
gepluimde spanner
Colotois pennaria
grasklokjesdwergspanner
Eupithecia impurata
groene bergspanner
Colostygia olivata