Zeer algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.
Voorvleugellengte: 12-13 mm. Er zijn zowel exemplaren met een zwartachtige als soms ook een meer roodbruine middenband. Exemplaren met een rood-achtige middenband zijn aan de hand van uiterlijke kenmerken niet van de bruine vierbandspanner (X. spadicearia) te onderscheiden. Exemplaren met een zwarte middenband behoren betreffen vierbandspanners. Soms wordt de duidelijke inkeping aan de binnenzijde van de brede donkere middenband als diagnostische vermeld. Dit kenmerk is echter niet diagnostisch.
Vlak bij de vleugelpunt bevindt zich een vrij opvallende dubbele vlek. De onderzijde van voor- en achtervleugel zijn doorgaans grijsachtig en weinig contrastrijk getekend, met kleine, onopvallende middenstippen.
Zie de bruine vierbandspanner (X. spadicearia), de springzaadbandspanner (X. biriviata) en de grote vierbandspanner (X. quadrifasiata).
grote vierbandspanner
Xanthorhoe quadrifasiata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
bruine vierbandspanner
Xanthorhoe spadicearia
GEOMETRIDAE: Larentiinae
springzaadbandspanner
Xanthorhoe biriviata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
Springzaadbandspanner (Xanthorhoe biriviata), koolbandspanner (Xanthorhoe designata), bruine vierbandspanner (Xanthorhoe spadicearia), grote vierbandspanner (Xanthorhoe quadrifasiata), geoogde bandspanner (Xanthorhoe montanata), zwartbandspanner (Xanthorhoe fluctuata), scherphoekbandspanner (Euphyia unangulata) en egale bosrankspanner (Horisme tersata).
N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).
springzaadbandspanner
Xanthorhoe biriviata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
koolbandspanner
Xanthorhoe designata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
zwartbandspanner
Xanthorhoe fluctuata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
bruine vierbandspanner
Xanthorhoe spadicearia
GEOMETRIDAE: Larentiinae
grote vierbandspanner
Xanthorhoe quadrifasiata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
geoogde bandspanner
Xanthorhoe montanata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
egale bosrankspanner
Horisme tersata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
scherphoekbandspanner
Euphyia unangulata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
Half april-begin september in twee, soms drie generaties. De vlinders kunnen gemakkelijk worden opgejaagd uit struiken en lage vegetatie. Ze vliegen vanaf de schemering en komen op licht.
Rups: juni-juli en september-oktober. De soort overwintert als pop in een cocon in de strooisellaag.
Diverse kruidachtige planten, zoals walstro, vogelmuur, zuring en paardenbloem.
Vooral tuinen, bossen, struwelen, graslanden, moerassen, natte heiden en duinen.
Zeer algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.
Algemeen in het hele land.
In Europa veelal dezelfde verbreiding als X. spadicearia; in het zuiden en oosten tot Kazachstan en het Amoer-gebied. Voor Kamtsjatska ssp. maliasei (Diakonov 1929). Ook in Noord-Amerika (Ferguson 1983).
De bandspanners hebben een bandtekening dwars over de vleugels.
Met wat fantasie zijn vier banden op de voorvleugels te onderscheiden, dat vond althans dhr. Ter Haar die deze soort vierbandmeter noemde in zijn boek 'Onze vlinders' (begin vorige eeuw).
Xanthorhoe: xanthos is geel en rhoe is een stroom, een rivier; verwijzend naar de gelige kronkellijnen die een aantal soorten van dit genus kenmerken.
ferrugata: ferrugo is ijzerroest; de kleur van de mediane dwarsband. Deze naam zou beter passen bij X. spadicearia.
Blijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting
zomerbremspanner
Chesias rufata
ligusterstipspanner
Scopula imitaria
geringde spikkelspanner
Cleora cinctaria
ratelaarspanner
Perizoma albulata
kleine blokspanner
Pterapherapteryx sexalata
crème stipspanner
Scopula ternata