Deze soort is in Nederland nog niet met volledige zekerheid vastgesteld; er zijn wel enkele meldingen uit het zuidwesten van het land, maar tot nu toe bleek het bij nadere bestudering allemaal te gaan om exemplaren van de bleke grasuil, op één enkel geval uit Zeeland na. Vervolgonderzoek moet helderheid verschaffen.
Voorvleugellengte: 16-18 mm. De voorvleugel heeft over het algemeen een warme oranjeachtig zandkleurige grondkleur, waarmee deze soort van de meeste andere Mythimna-soorten te onderscheiden is; soms is de vleugel meer strokleurig. De enige tekening op de tamelijk effen voorvleugel is de dunne buitenste dwarslijn die bestaat uit een gebogen rij zwarte stippen. De achtervleugel is doorgaans gebroken wit met grijze strepen.
De bleke grasuil (M. pallens) is vaak iets kleiner en heeft een smallere voorvleugel met minder opvallende aders; bovendien zijn er meestal nauwelijks zwarte stippen op de vleugel aanwezig. De spitsvleugelgrasuil (M. straminea) heeft een opvallend spitse vleugelpunt en een bruinachtige streep langs de hoofdader op de voorvleugel.
spitsvleugelgrasuil
Mythimna straminea
NOCTUIDAE: Hadeninae
bleke grasuil
Mythimna pallens
NOCTUIDAE: Hadeninae
Half juni-eind juli in één generatie. De vlinders komen zowel op licht als op smeer.
Rups: augustus-mei. De soort overwintert als jonge rups. De rups foerageert tijdens milde nachten en verpopt zich in de grond.
Vooral gewoon kweldergras en andere zoutminnende grassen.
Vooral schorren, kwelders en slikken.
Deze soort is in Nederland nog niet met volledige zekerheid vastgesteld; er zijn wel enkele meldingen uit het zuidwesten van het land, maar tot nu toe bleek het bij nadere bestudering allemaal te gaan om exemplaren van de bleke grasuil, op één enkel geval uit Zeeland na. Vervolgonderzoek moet helderheid verschaffen.
Deze soort komt niet in België voor.
Alle grasuilen hebben een relatie met grassen.
Dit is een dubbelsoort van M. pallens, bleke grasuil. Zie ook bij bleke grasuil.
Mythimna: mithimna is een stad op het eiland Lesbos. Deze uitleg komt van Treitschke die 'Die Schmetterlinge von Europa' afmaakte na de dood van Ochsenheimer. Sodoffsky (1837) verbeterde de spelling naar Mithimna.
favicolor: favus is een honingraat en color is kleur. De grondkleur neigt naar iets meer tanig dan de kleur van M. pallens.
gouden daguil
Synthymia fixa
gestippelde rietboorder
Lenisa geminipuncta
gamma-uil
Autographa gamma
splinterstreep
Naenia typica
hazelaaruil
Colocasia coryli
variabele w-uil
Lacanobia suasa