Zeldzaam. Een trekvlinder uit Zuid-Europa waarvan bijna jaarlijks enkele exemplaren worden waargenomen, vooral in de zuidelijke kuststreek. Komt veel voor in gebieden met glastuinbouw, waar de soort soms een plaag kan zijn in kassen.
Voorvleugellengte: 13-14 mm. Deze dofbruine uil heeft een opvallend smalle voorvleugel en een karakteristieke rusthouding waarin de vleugels enigszins rond het lichaam gedrapeerd worden. De niervlek en de ringvlek zijn lichtroze of oranje van kleur.
De huisuil (Caradrina clavipalpis) heeft een bredere voorvleugel met vier duidelijke zwarte stippen langs de voorrand en van de niervlek is in elk geval de binnenste lob donkerbruin.
huisuil
Caradrina clavipalpis
NOCTUIDAE: Hadeninae
Deze trekvlinder wordt vooral gezien in de maanden juni-oktober. De vlinders komen zowel op licht als op smeer en bezoeken honingdauw en bloemen van onder andere vlinderstruik en klimop.
In warmere streken is deze soort het hele jaar door actief; in de Benelux worden rupsen in de periode juli-november waargenomen.
Allerlei kruidachtige planten, waaronder paardenbloem, zuring, kruiskruid en stalkruid. In kassen ook op tomaat en paprika.
In het oorspronkelijke leefgebied vooral warme hellingen en bosranden.
Zeldzaam. Een trekvlinder uit Zuid-Europa waarvan bijna jaarlijks enkele exemplaren worden waargenomen, vooral in de zuidelijke kuststreek. Komt veel voor in gebieden met glastuinbouw, waar de soort soms een plaag kan zijn in kassen.
Zeer zeldzaam. Een trekvlinder die niet jaarlijks wordt waargenomen.
Een kosmopolitische verspreiding met voorkeur voor de tropische en subtropische zones. In gematigde regionen is zij vooral trekvlinder. In Europa vastgesteld in alle landen (behalve IJsland) maar als standvlinder alleen in de warmere delen rond de Middellandse Zee.
De eerste exigua's die in Nederland werden aangetroffen, zaten in een partij Gerbera's geïmporteerd uit Florida. Pas later kwam deze soort naar ons land als trekvlinder uit het zuiden.
In tuinbouwkringen heet deze vlinder floridamot.
Spodoptera: spodos is asdeeltjes, stof en pteron is een vleugel. De grondkleur is grijs en korrelig.
exigua: exiguus is klein. De vleugelwijdte is kleiner dan die van nabije familieleden.
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting
vroege eikenuil
Agrochola ruticilla
gestippelde rietboorder
Lenisa geminipuncta
kweekgrasuil
Apamea sordens
kleine breedbandhuismoeder
Noctua janthina
eenstreepgrasuil
Mythimna conigera
heide-schaaruil
Papestra biren