Zeer algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.
Voorvleugellengte: 17-22 mm. De voorvleugel heeft een gelijkmatige lichte of donkere warmbruine grondkleur. De tanden aan de binnenrand van de voorvleugel vormen in rusthouding een opvallende donkerbruine uitstulping aan de rugzijde. Op het borststuk bevindt zich een karakteristieke grote kam die van boven crèmekleurig is en als een soort kroontje naar voren wijst. Er is weinig variatie in tekening.
Tot 35 mm; lichaam bleek blauwachtig groen, soms met een rozeachtig purperen of een bleek okerkleurige zweem; op de flanken een geelachtig witte lengtestreep met daarin achter elk spiraculum een rood veegje; segment elf met een paar roodgepunte wratten op de rugzijde; kop lichtgroen of okerkleurig.
De esdoorntandvlinder (P. cucullina) heeft een groot wit vlak aan de achterrand en is kleiner.
esdoorntandvlinder
Ptilodon cucullina
NOTODONTIDAE: Ptilodoninae
Half april-begin september in twee generaties. De vlinders komen op licht en zijn bij hoge uitzondering ook overdag actief.
Rups: juni-oktober. De rups kan zowel op volgroeide als op jonge bomen worden gevonden. De soort overwintert als pop in een cocon in de grond.
Diverse loofbomen, vooral berk en eik. Ook op beuk, wilg en hazelaar.
Bossen, struwelen, parken en tuinen.
Zeer algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.
Vrij algemeen in het hele land.
Van het noorden van het Iberisch schiereiland via heel West-, Midden- en Noord-Europa tot Oost-Azië (Japan). De zuidgrens loopt over Midden-Italië en de Balkan en via Turkije tot de Zwarte Zee en de Kaukasus. Naar het noorden via Scandinavië tot aan de poolcirkel.
Kroonvogeltje is een al lang bestaande naam en wordt al gebruikt door Ter Haar in 'Onze vlinders'.
Kroon slaat uiteraard op het kapje op de kop; maar waarom juist deze vlinder met vogeltje wordt aangeduid blijft onduidelijk.
Ptilodon: ptilon is een veer, een vleugel en oudous, odontos is tand, naar het pluimpje op de voorvleugel.
capucina: cappa is een kap, een puntmuts. Dit woord is ook herkenbaar in Capucijner monniken, een afdeling van de Franciscanen. Uiteraard een verwijzing naar de grote kuif op de thorax van de vlinder.
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting
draak
Harpyia milhauseri
eikentandvlinder
Peridea anceps
kleine hermelijnvlinder
Furcula furcula
gestreepte tandvlinder
Drymonia dodonaea
brandvlerkvlinder
Pheosia tremula
roestbruine wapendrager
Clostera anastomosis