vroege eikenuil Agrochola ruticilla

De vroege eikenuil overwintert meestal als pop, maar soms als vlinder, en vliegt van eind februari tot eind mei.
Familie
uilen (NOCTUIDAE)
Onderfamilie
Hadeninae / Agrochola ruticilla
Groep
Nachtvlinder die nachtactief is
Hoe moeilijk te herkennen
(goed op gelijkende soorten letten)
Zeldzaamheid

Vrij algemeen. Een soort die vooral voorkomt in de duinen en lokaal op de zandgronden in het binnenland; op sommige vliegplaatsen in de duinen vrij algemeen. RL: bedreigd.

Rode lijst
bedreigd

Verspreiding
Vliegtijd
Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 16-19 mm. De kleur van de voorvleugel is doorgaans licht roodachtig grijs, maar er komen ook zwartachtig bruine exemplaren voor. De ringvlek en de niervlek zijn licht omrand en de donkere vulling van de binnenste lob van de niervlek bestaat uit twee druppelvormige vlekjes. Vaak is een scherpe V-vormige middenschaduw zichtbaar. Langs de achterrand ligt een rij fijne donkere stippen en in het groenachtig grijze wortelveld bevinden zich zwarte lijntjes. De achtervleugel is grijsachtig bruin met iets donkerder aders en soms een vage middenvlek. Kenmerkend is het, in vergelijking met de grondkleur van de voorvleugel, donkere borststuk.

Gelijkende soorten vlinder

De kleine voorjaarsuil (Orthosia cruda) is kleiner en gelijkmatiger getekend; de donkere vulling van de binnenste lob van de niervlek is egaal. Bovendien houdt de kleine voorjaarsuil zijn vleugels in een dakje, terwijl de vroege eikenuil zijn vleugels meer vlak boven het achterlijf houdt.

kleine voorjaarsuil
Orthosia cruda
NOCTUIDAE: Hadeninae

Vliegtijd en gedrag

Eind februari-eind mei in één generatie. Sommige vlinders komen al in het najaar uit en brengen de winter door als vlinder.

Levenscyclus

Rups: maart-juli. De soort overwintert doorgaans als pop in een vrij stevige cocon.

Waardplanten

Eik.

Habitat

Warme droge plaatsen in bosachtige gebieden.

Zeldzaamheid

Vrij algemeen. Een soort die vooral voorkomt in de duinen en lokaal op de zandgronden in het binnenland; op sommige vliegplaatsen in de duinen vrij algemeen. RL: bedreigd.

België

Zeer zeldzaam. Slechts een beperkt aantal vindplaatsen in de Antwerpse en Limburgse Kempen.

Mondiaal

Van Noordwest-Afrika (Marokko, Algerije, Tunesië) via het Middellandse Zeegebied naar het oosten tot Libanon en Syrië. Naar het noorden met veel hiaten ongeveer tot de Noord- en Oostzeekust, Polen, Königsberg, de Karpaten in Orkraïne, de Krim en de Noord-Kaukasus.

Trend op lange en korte termijn
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) wordt hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Verspreiding in Nederland in vier perioden
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
voor 1950
1950 - 1979
1980 - 1999
2000 - feb 2016
Duitse naam
Graubraune Eichenbuscheule
Franse naam
la Xanthie de l'yeuse
Synoniemen
Orthosia ruticilla, Spudaea ruticilla, Xanthia ruticilla
Toelichting Nederlandse naam

De (enige) waardplant van deze soort is eik en de top van de vliegtijd ligt in april, dus vroeg in het jaar.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Agrochola: agros is een veld, de grondkleur en khole is bitterheid, gal, de kleur van gal: groen- of, zoals hier, geelachtig; naar de kleur van een aantal van deze soorten.
ruticilla: van Rutilus geel-rood, vanwege de passende kleuring.

Auteursnaam en jaartal
(Esper, 1791)

Actualiteiten

Ontdek meer

Blijf op de hoogte

Ontvang vlindernieuws

Soorten uit dezelfde familie uilen (NOCTUIDAE)

slanke groenuil
Actebia praecox

zuidelijke kamperfoelie-uil
Calliergis ramosa

stippelrietboorder
Protarchanara brevilinea

hoogveenaarduil
Coenophila subrosea

bonte marmeruil
Deltote deceptoria

getekende walstro-uil
Chersotis multangula

alle soorten uit deze familie