lichte korstmosuil Bryophila domestica

In 1999 zijn massaal rupsen van de lichte korstmosuil aangetroffen op de wanden van een koeltoren.
Familie
uilen (NOCTUIDAE)
Onderfamilie
Bryophilinae / Bryophila domestica
Groep
Nachtvlinder die nachtactief is
Hoe moeilijk te herkennen
(goed op gelijkende soorten letten)
Zeldzaamheid

Vrij algemeen. Komt verspreid over het land voor; de meeste waarnemingen komen uit de kustprovincies. RL: niet bedreigd.

Rode lijst
niet bedreigd

Verspreiding
Vliegtijd
Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 12-14 mm. De voorvleugel van deze uil loopt enigszins smal toe maar heeft een stompe vleugelpunt; de achterrand is gebogen en gaat geleidelijk over in de binnenrand. De grondkleur van de vleugel is lichtgrijs tot wit met een geel- of groenachtige tint. Op de vleugel bevinden zich groene, grijsachtige groene en soms oranje vlekken; zowel de kleur als de uitgebreidheid van de vlekken kunnen variëren. De dwarslijnen en de niervlek zijn meestal goed zichtbaar.

Kenmerken rups

Tot 20 mm; blauwachtig grijs, soms met een sterke zwartachtig grijze zweem; over de rug een band van pijlvormige, oranje vlekken; onderzijde licht blauwachtig grijs; kop glimmend zwart.

Gelijkende soorten vlinder

Zie de groene korstmosuil (Nyctobrya muralis).

groene korstmosuil
Nyctobrya muralis
NOCTUIDAE: Bryophilinae

Vliegtijd en gedrag

Begin juni-eind september in één generatie. De vlinders komen zowel op licht als op smeer en bezoeken bloemen; overdag rusten ze vaak op muren.

Levenscyclus

Rups: september-mei. De soort overwintert als jonge rups op de waardplant. De rups foerageert ´s nachts en verbergt zich overdag in een spinsel, waarin ook de verpopping plaatsvindt.

Waardplanten

Korstmossen op stenen, muren, daken en bomen.

Habitat

Vooral duinen, maar ook bosgebieden, steengroeven, boomgaarden en struwelen; de laatste jaren steeds vaker in stedelijk gebied. In het buitenland komt deze soort vooral voor op hoge steile rotswanden; in 1999 zijn massaal rupsen aangetroffen op de wanden van de 130 meter hoge koeltoren van de Clauscentrale in Maasbracht.

Zeldzaamheid

Vrij algemeen. Komt verspreid over het land voor; de meeste waarnemingen komen uit de kustprovincies. RL: niet bedreigd.

België

Vrij algemeen in het hele land, vooral in stedelijke omgeving.

Mondiaal

Europa; in het zuiden van Zuid-Spanje, Sicilië, Zuid-Italië tot Midden-Griekenland en naar het noorden Noord-Ierland, Schotland, Zuid-Noorwegen en Gotland. De oostelijke areaalgrens is onduidelijk (volgens Speyer & Speyer 1962 tot Moskou) maar het schijnt dat domestica buiten Europa niet voorkomt. Bij opgaven uit Noord-Afrika en Armenië moeten vraagtekens worden gezet (Heinicke & Naumann, 1980 - 1982).

Trend op lange en korte termijn
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) wordt hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Verspreiding in Nederland in vier perioden
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
voor 1950
1950 - 1979
1980 - 1999
2000 - feb 2016
Engelse naam
Marbled Beauty
Duitse naam
Weissliche Flechteneule
Franse naam
la Perle , la Bryophile du lichen
Synoniemen
Cryphia perla, Bryophila perla
Toelichting Nederlandse naam

De korstmosuilen hebben korstmos als waardplant; ze zijn alle van het geslacht Cryphia.
De vlinder van deze soort maakt veelal een lichte en lichtgroene indruk.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

domestica: domesticus is tot een huis behorend. Dit wijst op de habitat; de rups eet korstmossen, ook die op gebouwen groeien.

Auteursnaam en jaartal
(Hufnagel, 1766)

Actualiteiten

Ontdek meer

Blijf op de hoogte

Ontvang vlindernieuws

Soorten uit dezelfde familie uilen (NOCTUIDAE)

grijze worteluil
Agrotis cinerea

zwart weeskind
Mormo maura

schapengrasuil
Apamea furva

zuidelijk eikenuiltje
Dryobota labecula

tweekleurige uil
Hecatera bicolorata

straaljagertje
Trigonophora flammea

alle soorten uit deze familie