Algemeen. Komt verspreid voor in de duinen en op de zandgronden in het binnenland; ook in Zeeland wordt de soort geregeld waargenomen. RL: kwetsbaar.
Voorvleugellengte: 14-17 mm. Deze uil is herkenbaar aan de opvallende dubbel getande, witachtige vlek in het middenveld van de voorvleugel, die scherp afsteekt tegen het zwartachtige deel daarvan. Samen met de ringvlek en de aangrenzende witte ader lijkt de vlek enigszins op een open schaar waarvan de punten naar de binnenrandhoek wijzen; de ‘schaar’ is variabel in grootte en is soms beperkt tot de witte ader, maar het algemene patroon is vrij constant. De kleur van de voorvleugel varieert van wit- of bruinachtig grijs tot zandkleurig.
Zie het eikenuiltje (Dryobotodes eremita).
eikenuiltje
Dryobotodes eremita
NOCTUIDAE: Hadeninae
Eind april-eind september in twee generaties; de tweede generatie is kleiner dan de eerste. De vlinders komen zowel op licht als op smeer en bezoeken bloemen van onder andere spoorbloem, slangenkruid en valse salie. Overdag zijn ze rustend aan te treffen op boomstammen of paaltjes.
Rups: juli-oktober. De rups foerageert ´s nachts en eet het liefst van de onderste bladeren en de wortels. De soort overwintert als pop in een losse cocon op de grond onder dor blad of mos.
Diverse kruidachtige planten, waaronder klein streepzaad, muizenoor, havikskruid en luzerne.
Open plaatsen, zoals heiden, duinen, graslanden en open bossen.
Algemeen. Komt verspreid voor in de duinen en op de zandgronden in het binnenland; ook in Zeeland wordt de soort geregeld waargenomen. RL: kwetsbaar.
In Vlaanderen zeldzaam, maar wijdverbreid in de Kempen en Oost-Brabant. Lokaal vrij algemeen. In de westelijke helft zeer lokaal en zeer zeldzaam. In Wallonië wijdverbreid ten zuiden van Samber en Maas.
Heel Europa, naar het noorden tot de 70e breedtegraad, naar het zuiden: van het Middellandse Zeegebied tot Voor-Azië en naar het oosten tot Midden-Azië. Blijkbaar ontbrekend in Oost-Siberië maar wel in Mongolië (Varga, 1974).
Met wat fantasie is van de witte vlekken midden op de vleugels een schaar te formeren.
Hada: hades is de onderwereld. Dit genus heeft een naamsrelatie met het genus Hadena.
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting
goudvenstertje
Plusia festucae
weidehalmuiltje
Mesapamea secalella
geelvleugeluil
Thalpophila matura
variabele herfstuil
Agrochola lychnidis
huisuil
Caradrina clavipalpis
zeeuwse grasworteluil
Apamea oblonga