moerasstipspanner Scopula corrivalaria

Familie
spanners (GEOMETRIDAE)
Onderfamilie
Sterrhinae / Scopula corrivalaria
Groep
Nachtvlinder die nachtactief is
Hoe moeilijk te herkennen
(moeilijk tot zeer moeilijk te determineren)
Zeldzaamheid

Zeer zeldzaam. Na een periode van afwezigheid is in 1986 een exemplaar waargenomen in Gelderland. In 2004 werden, eveneens in Gelderland, zes rupsen gevonden. In 1987 werd deze soort in de Reuselse Moeren in Noord-Brabant (op de grens met België) aangetroffen.

Rode lijst
verdwenen

Verspreiding
Vliegtijd
Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 9-12 mm. Een stipspanner met een duidelijk zwarte middenstip op zowel de voor- als de achtervleugel. Aan de achterrand van de achtervleugel is een klein puntje aanwezig. De voorvleugelpunt wijkt soms iets naar buiten. De vleugels hebben een beige grondkleur met een grijze tint en zijn bestrooid met zwarte schubben. Van de lichtbruine dwarslijnen zijn de buitenste en de middelste dwarslijn het duidelijkst zichtbaar; beide lijnen lopen naar de voorrand iets naar elkaar toe en de buitenste is onregelmatig, duidelijk getand. De franjelijn bestaat uit meestal duidelijk zichtbare zwarte platte driehoekjes. Het mannetje heeft zeer fijn geveerde antennen (te zien met een loep).

Gelijkende soorten vlinder

De bosspanner (S. immutata) heeft een wittere kleur met een geelachtige zweem. Ook de dwarslijnen zijn geelachtig, en bovendien vager. De achtervleugel is afgerond en heeft geen puntje. De franje is donker en het mannetje heeft draadvormige antennen. Zie ook de zwartstipspanner (S. nigropunctata) en de roomkleurige stipspanner (S. floslactata).

zwartstipspanner
Scopula nigropunctata
GEOMETRIDAE: Sterrhinae

bosspanner
Scopula immutata
GEOMETRIDAE: Sterrhinae

roomkleurige stipspanner
Scopula floslactata
GEOMETRIDAE: Sterrhinae

Gelijkende soorten rups

Purperen stipspanner (Scopula rubiginata) en dwarsbanddwergspanner (Eupithecia subumbrata).
N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).

purperen stipspanner
Scopula rubiginata
GEOMETRIDAE: Sterrhinae

dwarsbanddwergspanner
Eupithecia subumbrata
GEOMETRIDAE: Sterrhinae

Vliegtijd en gedrag

Juli in één generatie.

Levenscyclus

Rups: najaar-mei.

Waardplanten

Diverse kruidachtige planten, waaronder waterzuring en bitterzoet.

Habitat

Moerassige laagten met langzaam stromend water.

Zeldzaamheid

Zeer zeldzaam. Na een periode van afwezigheid is in 1986 een exemplaar waargenomen in Gelderland. In 2004 werden, eveneens in Gelderland, zes rupsen gevonden. In 1987 werd deze soort in de Reuselse Moeren in Noord-Brabant (op de grens met België) aangetroffen.

Regionaal

De laatste waarnemingen van deze soort (voor de herontdekking in 1986) stamden uit de jaren zeventig in Limburg en Noord-Brabant (deze waarnemingen staan (nog) niet op onderstaande kaartjes).

België

Beperkt tot één vindplaats in de Antwerpse Kempen. In Wallonië bekend uit Luik, maar recente waarnemingen ontbreken.

Europa

De moerasstipspanner is in heel Europa een zeldzame verschijning.

Mondiaal

Verbreiding met veel hiaten van Frankrijk via Midden- en Oost-Europa tot Oost-Azië. In het noorden Denemarken, Zuid-Finland, de Baltische staten en Rusland, in het zuiden tot Slowakije en Roemenië.

Trend op lange en korte termijn
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) wordt hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Verspreiding in Nederland in vier perioden
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
voor 1950
1950 - 1979
1980 - 1999
2000 - feb 2016
Duitse naam
Ligusterschwärmer
Synoniemen
Acidalia corrivalaria
Toelichting Nederlandse naam

De stipspanners hebben een meer of minder duidelijke middenstip op voor- en ook vaak op achtervleugels. Nagenoeg alle Scopula's en Idaea's zijn stipspanners. Mogelijk heeft deze stipspanner voorkeur voor moerasachtige habitats.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Scopula: scopula is een kleine borstel. Bedoeld wordt een uitschuifbaar schubbenborsteltje op het scheenbeen van een aantal mannetjes van dit genus.

Auteursnaam en jaartal
(Kretschmar, 1862)

Actualiteiten

Ontdek meer

Blijf op de hoogte

Ontvang vlindernieuws

Soorten uit dezelfde familie spanners (GEOMETRIDAE)

varenspanner
Petrophora chlorosata

smalvleugeldwergspanner
Eupithecia nanata

gestreepte goudspanner
Camptogramma bilineata

egale dwergspanner
Eupithecia absinthiata

prachtstipspanner
Scopula marginepunctata

gepluimde spanner
Colotois pennaria

alle soorten uit deze familie