papegaaitje Chloroclysta siterata

Het papegaaitje leeft op diverse loofbomen, maar heeft een voorkeur voor eik.
Familie
spanners (GEOMETRIDAE)
Onderfamilie
Larentiinae / Chloroclysta siterata
Groep
Nachtvlinder die nachtactief is
Hoe moeilijk te herkennen
(goed op gelijkende soorten letten)
Zeldzaamheid

Vrij algemeen. Komt verspreid over het land lokaal voor; op sommige vliegplaatsen vrij algemeen. RL: niet bedreigd.

Rode lijst
niet bedreigd

Verspreiding
Vliegtijd
Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 14-17 mm. Een nogal variabele spanner met een overwegend groenachtige kleur. De middenband en de vleugelwortel zijn meestal iets donkerder dan de rest van de voorvleugel. Kan gewoonlijk van andere groene spanners worden onderscheiden door de roodachtig bruine gemarmerde vegen die vanuit de vleugelwortel in de lengterichting over de voorvleugel lopen; soms zijn deze echter vaag of afwezig. Dicht bij de vleugelpunt bevindt zich een witachtige of licht gekleurde vlek langs de voorrand die in feite deel uitmaakt van de onregelmatige lichte zone aan de buitenzijde van de middenband. De golflijn loopt niet altijd door over de hele breedte van de vleugel. Langs de binnenrand van de voorvleugel loopt bij het mannetje ter hoogte van de middenband een tamelijk brede zwarte strook. Het vrouwtje is gemiddeld iets groter, donkerder en groener van kleur. De achtervleugel is grijs.

Gelijkende soorten vlinder

Het herfstpapegaaitje (C. miata) heeft een bredere voorvleugel, is over het algemeen lichter en gelijkmatiger van kleur en heeft een doorlopende golflijn; bovendien mist deze soort de roodachtig bruine vegen over de voorvleugel en de zwarte strook langs de binnenrand. Zie ook de groene bergspanner (Colostygia olivata).

herfstpapegaaitje
Chloroclysta miata
GEOMETRIDAE: Larentiinae

groene bergspanner
Colostygia olivata
GEOMETRIDAE: Larentiinae

Gelijkende soorten rups

Gehoekte schimmelspanner (Dysstroma citrata), schimmelspanner (Dysstroma truncata), oranje bruinbandspanner (Cidaria fulvata) en kleine wortelhoutspanner (Electrophaes corylata).
N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).

gehoekte schimmelspanner
Dysstroma citrata
GEOMETRIDAE: Larentiinae

schimmelspanner
Dysstroma truncata
GEOMETRIDAE: Larentiinae

oranje bruinbandspanner
Cidaria fulvata
GEOMETRIDAE: Larentiinae

kleine wortelhoutspanner
Electrophaes corylata
GEOMETRIDAE: Larentiinae

Vliegtijd en gedrag

Augustus-begin november en na overwintering opnieuw van april-mei in één generatie. De vlinders komen zowel op licht als op smeer en bezoeken bloemen en wilgenkatjes.

Levenscyclus

Rups: mei-augustus. De rups verpopt zich in de strooisellaag. In het najaar vindt de paring plaats waarna de mannetjes sterven. De volwassen vrouwtjes overwinteren en zetten pas in het voorjaar de eitjes af.

Waardplanten

Diverse loofbomen, met een voorkeur voor eik.

Habitat

Loofbossen, struwelen en tuinen in bosachtige omgeving.

Zeldzaamheid

Vrij algemeen. Komt verspreid over het land lokaal voor; op sommige vliegplaatsen vrij algemeen. RL: niet bedreigd.

België

Vrij algemeen in het hele land, maar doorgaans waargenomen in lage aantallen. Sterk toegenomen.

Mondiaal

Heel Europa, van Midden-Scandinavië tot het Middellandse Zeegebied en van het Iberisch Schiereiland tot Klein-Azië en de Kaukasus. Ook in Marokko (Rungs 1981).

Trend op lange en korte termijn
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) wordt hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Verspreiding in Nederland in vier perioden
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
voor 1950
1950 - 1979
1980 - 1999
2000 - feb 2016
Engelse naam
Red-green Carpet
Duitse naam
Olivgrüner Bindenspanner
Franse naam
la Cidarie à bandes vertes
Synoniemen
Larentia siterata, Cidaria siterata, Larentia psittacata
Toelichting Nederlandse naam

In zijn boek 'Onze vlinders' vermeldt Ter Haar reeds deze opmerkelijke Nederlandse naam (begin vorige eeuw). De achtergrond van deze naam blijft onduidelijk.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Chloroclysta: khloros is groenachtig geel en kluzo is wegwassen. Dit slaat op het vluchtige karater van de groenige kleuren van dit genus.
siterata: siteros is behorende bij het graan. De kleur van graan verandert van groen naar geel als het rijper wordt. De kleur van de vleugels van deze soort doen dat ook als de vlinder dood is.

Auteursnaam en jaartal
(Hufnagel, 1767)

Nieuws

Blijf op de hoogte

Ontvang vlindernieuws

Soorten uit dezelfde familie spanners (GEOMETRIDAE)

vlekstipspanner
Idaea dimidiata

koekoeksbloemspanner
Perizoma affinitata

gele kustspanner
Aspitates ochrearia

kalkbandspanner
Cataclysme riguata

grote voorjaarsspanner
Agriopis marginaria

voorjaarsdwergspanner
Eupithecia abbreviata

alle soorten uit deze familie