Zeer algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.
Voorvleugellengte: 8-10 mm. Een kleine spanner met vrij spitse vleugels; vlinders van latere generaties zijn vaak kleiner dan die van de eerste generatie. Sommige exemplaren hebben een opvallende roodachtige tekening langs de randen van de bruinachtige of witachtige voorvleugel, anderen zijn meer egaal roodachtig. Opvallend zijn de lichte, zwartgerande centrale dwarslijnen op de voorvleugel. Karakteristiek is dat het zwart van de buitenste dwarslijn, gerekend vanaf de voorrand van de vleugel, halverwege afzwakt en het patroon van een naar binnen wijzend kammetje heeft, dat zelfs bij sterk afgevlogen exemplaren vaak nog zichtbaar is. Sterk getekende vlinders hebben in de vleugelpunt vaak zwarte vlekken.
Tot 17 mm; zeer variabel, de grondkleur varieert van witachtig tot geelachtig groen, bruin, rood of purperachtig roze, gewoonlijk met over de rug een lichte middenstreep, waarin een rij donkere chevronvormige of driehoekige vlekken; kop geelachtig bruin.
Zwartvlekdwergspanner (Eupithecia centaureata), heidedwergspanner (Eupithecia satyrata), egale dwergspanner (Eupithecia absinthiata), schermbloemdwergspanner (Eupithecia tripunctaria), smalvleugeldwergspanner (Eupithecia nanata), jeneverbesdwergspanner (Eupithecia pusillata), v-dwergspanner (Chloroclystis v-ata), guldenroededwergspanner (Eupithecia virgaureata), voorjaarsdwergspanner (Eupithecia abbreviata), eikendwergspanner (Eupithecia dodoneata), vingerhoedskruiddwergspanner (Eupithecia pulchellata) en beverneldwergspanner (Eupithecia pimpinellata).
N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).
vingerhoedskruiddwergspanner
Eupithecia pulchellata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
zwartvlekdwergspanner
Eupithecia centaureata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
heidedwergspanner
Eupithecia satyrata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
egale dwergspanner
Eupithecia absinthiata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
schermbloemdwergspanner
Eupithecia tripunctaria
GEOMETRIDAE: Larentiinae
beverneldwergspanner
Eupithecia pimpinellata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
smalvleugeldwergspanner
Eupithecia nanata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
guldenroededwergspanner
Eupithecia virgaureata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
voorjaarsdwergspanner
Eupithecia abbreviata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
eikendwergspanner
Eupithecia dodoneata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
jeneverbesdwergspanner
Eupithecia pusillata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
v-dwergspanner
Chloroclystis v-ata
GEOMETRIDAE: Larentiinae
Half februari-november in drie, soms vier generaties. De vlinders zijn overdag gemakkelijk te verstoren en vliegen soms bij zonnig weer, maar zijn vooral in de schemering actief. Ze bezoeken bloemen en komen op licht. Op heidevelden zijn ´s nachts soms parende vlinders te vinden boven in de heiplanten. Deze soort wordt ook vaak binnenshuis aangetroffen.
Rups: mei-eind november. De soort overwintert als pop in de strooisellaag.
Diverse kruidachtige planten, struiken en bomen, waaronder struikhei, bosrank, koninginnenkruid, vingerhoedskruid, dophei en lijsterbes.
Stadsparken, tuinen, struwelen, wegbermen, heiden en bossen.
Zeer algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.
Algemeen in het hele land.
Van het Iberisch Schiereiland via West- en Midden-Europa inclusief de Britse eilanden tot Rusland; in het noorden tot in Midden-Scandinavië. Het zwaartepunt ligt in het Middellandse Zeegebied. Van hieruit naar Klein-Azië, het Zwarte Zeegebied tot in westelijk Centraal-Azië. Ook in Noord-Afrika, op de Canarische eilanden en op Madeira. In het zuiden op veel plaatsen de gewoonste vlinder, in het Middellandse Zeegebied ziet men hem overal (Dietze 1913).
Alle soorten uit het Genus Eupithecia plus nog een aantal andere kleine spanners zijn samengebracht onder de groepsnaam dwergspanner.
Deze dwergspanner heeft een kenmerkend zwart kammetje in de tekening op de voorvleugel.
Gymnoscelis: gumnos is naakt en skelos is de poot. Hier verwijzend naar de achterste tibia waarvan de middensporen ontbreken.
Rufifasciata: rufus is rood en fascia is een band, naar de roodachtige band op de voorvleugels.
Actualiteiten
Ontdek meerWord donateur
Steun De Vlinderstichting
sparspanner
Thera variata
moeraswalstrospanner
Orthonama vittata
hoornbloemdwergspanner
Eupithecia pygmaeata
papegaaitje
Chloroclysta siterata
loofboomdwergspanner
Eupithecia exiguata
springzaadbandspanner
Xanthorhoe biriviata